Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Ik [23]ontmoette hen als een [24]beer, die van jongen beroofd is, en scheurde het [25]slot huns harten; en Ik verslond ze [26]aldaar als een oude leeuw; [27]het wild gedierte des velds verscheurde hen. 23. Of, zal hen ontmoeten, en zo in het volgende. 24. Vergelijk 2 Sam.17:8; Spreuk.17:12. 25. Dat is, hun borst, of hartedeksel, om hun hartebloed te zuigen of te drinken, gelijk verscheurende wilde beesten plegen te doen. 26. Op de plaats, gelijk men spreekt, of ter plaatse waar zij de vorenverhaalde boosheid bedreven, in Kanaan, of Gilead. Sommigen duiden het voornamelijk op Tiglat-Pilezers inval, 2 Kon.15:29. 27. Anders: [of als] een [ander] wild dier des velds, [dat] hen in tweeen spleet, of kliefde. Versta, de wrede heidense vijanden, door wie God aldus met hen gehandeld heeft, of nog handelen wilde.